Vlees bakken doe je in een open pan op middel hoog vuur. Belangrijk: zorg dat je boter of olie in de pan goed heet is.
Zo bak je vlees
- Haal het vlees een half uur van te voren uit de koelkast en laat het op temperatuur komen.
- Dep het vlees droog met keukenpapier.
- Zouten voor het bakken kan. Peper voor het bakken kan niet, peper verbrand en geeft een bittere smaak.
- Gebruik een pan die qua formaat past bij het vlees. In een te grote pan verbrandt de boter en in een te kleine pan kan je vlees niet gelijkmatig bakken.
- Als je boter gebruikt laat deze dan in de pan uitbruisen en lichtbruin worden.
- Bak het vlees aan beide kanten aan zodat er een mooi bruin kostje ontstaat. Zet daarna het vuur iets lager.
- Blijf het vlees over de bodem van de pan schuiven en keer het regelmatig om.
- Prik niet met een vork in het vlees, maar gebruik een spatel of tang.
- Gebruik een kerntemperatuur meter als je deze hebt, dit geeft het perfecte resultaat. Het overzicht van kerntemperaturen vind je hier.
- Heb je geen kerntemperatuurmeter controleer dan de gaarheid met de hand. De video van de masterclass staat ook hieronder.
- Laat het vlees 5 minuten rusten. Losjes in aluminium/plastic folie of op een rooster in een oven van 70 graden.
- Bestrooien met zout en peper naar smaak.
- Let er bij gemalen vlees, zoals gehakt, hamburgers en worstjes, op dat je het goed gaart (kerntemperatuur van 70 graden of hoger). Dikkere stukken vlees, zoals worstjes, kan je ook eerst gaar maken in bouillon voor je ze grilt.
Bekijk onze recepten met gebakken vlees.
De lekkerste recepten, winacties en meer ontvangen?
Schrijf je direct in: