Steeds vaker werken vleesproducenten met bepaalde marktconcepten om aan wensen rond de productie of het product te voldoen of nieuwe wegen in te slaan. Concepten zijn productiesystemen op basis van gerichte vragen uit de markt of die innovatieve ondernemers ontwikkelen door extra aandacht te besteden aan het voer, de huisvesting, het milieu en/of dierenwelzijn of de regionale afkomst.
De NL vleessector produceert en exporteert vlees voor veel verschillende markten: van Japan en Korea tot EU-landen zoals Italië, Duitsland en Groot Brittannië. Daarnaast leveren vleesbedrijven aan verwerkende of gespecialiseerde voedingsmiddelenbedrijven, en via de supermarkten aan Nederlandse consumenten.
Afnemers stellen soms specifieke eisen. In Groot Brittannië gaat het om waarborgen rond dierenwelzijn. Voor Japan en Korea of de Verenigde Staten staan uiterst strenge eisen op het gebied van voedselveiligheid voorop. Weer andere landen stellen eisen aan gewichten of aan de vlees/vetverhouding in het vlees.
Die wensen en eisen worden teruggelegd bij het boerenbedrijf. Veehouders maken een keus voor welke markt zij produceren en richten hun bedrijfsmanagement daarop in door te kiezen voor een type dier of voer of een soort huisvesting.
Varkensvlees
Nederlandse varkensvleesketens hebben geïnvesteerd in marktconcepten voor specifieke klantengroepen, met een productaanbod voor veel markten. Een aantal varkenshouders produceert speciaal voor de Britse baconmarkt met strikte criteria voor het dierenwelzijn en de productkwaliteit. Een andere groep varkenshouders is goed in het maken van vlees voor de ‘kieskeurige’ Italiaanse markt waar veel Nederlands vlees wordt gebruikt voor het maken van alle mogelijke soorten Italiaanse hammen (behalve Parmaham, want dat is een geografisch beschermde merknaam). Varkensvlees concepten onderscheiden zich door garanties op het gebied van welzijn, bijvoorbeeld door te werken volgens het Beter Leven kenmerk (1, 2 of 3 sterren) van de Dierenbescherming.
Kalfsvlees
Nederlands kalfsvlees is wereldberoemd. Kalfsvleesintegraties leveren diverse soorten zoals kalfsvlees met het Beter Leven kenmerk, rosé kalfsvlees, kalfsvlees uit groepshuisvesting (4 – 8 dieren), kalfsvlees uit kuddes (van tientallen dieren) en voor een klein deel biologisch, al naar gelang de mogelijkheden op de markt.
De Nederlandse kalfsvleessector is wereldmarktleider en produceert kalfsvlees met verschillende kenmerken. Het vlees van kalveren tot 8 maanden. De kalveren worden in groepshuisvesting gehouden. Het menu bestaat uit kalvermelk en ruwvoer. Door de voersamenstelling krijgt het vlees een mooie lichte kleur. Daarnaast is er rosé kalfsvlees van dieren van 8 tot 12 maanden oud. Ook deze kalveren worden in groepen gehouden. Op hun menu staat in het begin kalvermelk, aangevuld met ruwvoer. Later krijgen ze ruw/krachtvoer. Zo krijgt het rosé kalfsvlees een frisse rode kleur en heeft het vlees een lichte bite. Nederlands kalfsvlees onderscheidt zich door de diverse huisvestingsvormen en het niveau van het dierenwelzijn. Daarvoor is een welzijnsmonitor ontwikkeld die het welzijn van het individuele kalf toetst.
Rundvlees
Nederland komt overwegend (95%) van melkkoeien. De aandacht van de melkveehouderij gaat in aanleg dus niet specifiek uit naar marktconcepten voor vlees. Veel vlees van uitgemolken melkkoeien is geschikt voor de meest gangbare artikelen: gehakt, reepjesvlees en worst. Nederland heeft een kleine vleesveestapel waar runderen speciaal worden gehouden om hun vlees. Hier wordt in toenemende mate wel geproduceerd volgens bepaalde ketenafspraken zoals het Beter Leven kenmerk of met marktconcepten, zoals KDR. Ook werken ondernemers met specifieke rassen, zoals MRIJ-runderen, Fries Roodbont, groninger Blaarkop of de Lakenvelders. Tenslotte kennen we rundvlees uit de (natuur)beheersgebieden. Het volume is echter beperkt.
Biologisch
Nederlandse vleesketens produceren biologisch vlees. Dit wordt gemaakt met extra aandacht voor dierenwelzijn en eisen aan diervoer, dat geteeld moet zijn zonder gebruik van (chemische) gewasbeschermingsmiddelen. Varkens in de biologische houderij worden gehuisvest op stro. De dieren hebben meer lig- en loopruimte in de stallen en kunnen naar buiten.
Nederland heeft een klein aantal biologische rundveehouderijen voor de melk en soms het vlees. Biologisch vlees kan ook komen van runderen uit natuurgebieden. Nederland heeft ongeveer 300 biologische melkveehouderijbedrijven. De kalveren hiervan gaan naar de vleeskalverhouderij. Een klein aantal gaat naar een biologisch kalfsvleesbedrijf. Deze kalveren blijven wat langer bij de moeder, hebben een ruimere stal voor groepen van 10 – 14 kalveren. De dieren krijgen ruwvoer en kunnen naar buiten.
Nederland kent een aantal biologische slagerijen met vlees(producten) uit de biologische veehouderij. De productieketen van biologisch vlees staat onder controle. Allereerst controleert de keten zichzelf en daarnaast worden controles uitgevoerd door SKAL, de controleorganisatie voor biologische productie en uitgever van het EKO keurmerk.
Sterrenvlees
De Dierenbescherming heeft in 2009 een systeem ontwikkeld rond welzijnsaspecten bij het houden van vleesvee. Vlees dat voldoet aan de criteria krijgt het Beter Leven kenmerk met 1, 2 of 3 sterren. Bij vlees met 1 ster hebben dieren meer ruimte dan in de regulier veehouderij. Varkens hebben zo’n 20% meer ruimte en krijgen speelmaterialen. Van kalfsvlees met 1 ster hebben kalveren een hoger ijzergehalte in het bloed. De transporttijden voor deze kalveren zijn korter. ‘2 sterren Beter Leven’ betekent dat bij de productie van dit vlees dierenwelzijn ligt tussen dat van het reguliere vlees en biologisch vlees, in elk geval een uitloop naar buiten. Vlees krijgt drie sterren als het biologisch is geproduceerd en ook het EKO Keurmerk draagt. Vlees kan 3 sterren krijgen als de dieren een vergelijkbaar welzijn hebben als bij biologisch.
Zie ook de informatie over het Beter Leven kenmerk op www.dierenbescherming.nl.
Toekomst
Nederlandse vleesketens hebben op grond van onderzoek en investeringen in marktconcepten een voorsprong. De concurrentie op de internationale vleesmarkt is stevig en vraagt voortdurend verdere vernieuwing. De wereldvraag blijft groeien en de Nederlandse vleesondernemingen leveren hun aanbod aan hoogwaardig eiwitrijk vlees. Buitenlandse afnemers vragen daarnaast steeds vaker vlees met specifieke eigenschappen. Tenslotte is de verwachting dat de aandacht voor dierenwelzijn wereldwijd langzaam toeneemt.
Internationaal loopt Nederland voorop in onderzoek en innovaties. Ons land heeft toonaangevende universitaire instellingen en onderzoeksinstituten. Op basis van beschikbare kennis en kunde zijn NL vleesbedrijven in staat te werken met marktconcepten en een koppositie in te nemen.
Vlees.nl heeft onderzocht welke trends er onder consumenten leven bij het kopen en beleven van vlees. Een overzicht:
Gemak
De tijd die mensen besteden aan koken daalt. Gemak dient de mens, (convenience) zoals kant-en-klaar maaltijden en voorbewerkte producten zijn volop aanwezig in winkelcentra en supermarkten. Omdat de consument (voor het gemak) ook buiten de deur eet, zijn diverse trends ook terug te zien in de horeca. Een andere vorm van ‘gemak’ is het (online) bestellen of afhalen van maaltijden.
Genieten
In toenemende mate hechten mensen waarde aan smaak en het meer bewust ervaren van voedsel: aan het lekker genieten. Eten is een ervaring van alle zintuigen: proeven, ruiken, voelen (textuur), zien en horen.
Gezond
De consument ziet gezondheid als essentieel voor goed leven en gezonde voeding als voorwaarde. Producten met minder verzadigde vetten en/of meer vitaminen en mineralen zien Nederlanders als gezond beschouwd en die producten winnen terrein.
Duurzaam
Onderliggende aspecten van de vleesconsumptie veranderen. Zo heeft duurzaamheid zich tot een aandachtspunt ontwikkeld, met zo’n beetje alles wat van doen heeft met het maatschappelijk verantwoord ondernemen. Waaronder ook de vanzelfsprekende aandacht voor dierenwelzijn en het milieu.
Biologisch
Bij de productie van biologisch vlees is er het streven naar extra aandacht voor dier en milieu en daarbij het op een zo natuurlijk mogelijke wijze (kleinschalig) houden van dieren voor de productie van vlees.
Streekproduct
Een andere trend zit in streekproducten, vaak een combinatie van trends, maar dan dicht bij huis.
De lekkerste recepten, winacties en meer ontvangen?
Schrijf je direct in: