De Nederlandse vee- en vleessector is energiebewust en zit stevig in een proces van omschakeling naar duurzamere energiebronnen (energietransitie).
Veehouderijen investeren in zonnepanelen en bio-vergisting en worden soms zelfs netto leverancier van energie.
Vleesbedrijven werken zo efficiënt mogelijk, liefst geheel energie-neutraal, en hebben meerjarenplannen lopen: een routekaart moet leiden tot verdere reductie van het energiegebruik in slachterijen en verwerkende bedrijven.
Energie
Alles kost energie, ook het houden en voeden van dieren, het vervoeren ervan en het slachten, verder verwerken en verpakken van verse of voorgegaarde vleesproducten, zoals dat onder meer aangeboden wordt in de koelvakken van de supermarkt. Ook vlees kopen, het gekoeld bewaren en het bereiden kost energie.
Belangrijke energiebronnen, zoals olie, gas en kolen (elektriciteit), vormen de basis voor tal van werkzaamheden rond de dierhouderij en de vleesproductie. De fossiele energiebronnen zijn in de wereld niet onuitputtelijk. Dus moet met die bronnen verantwoord omgesprongen worden.
Tegelijk kan steeds meer worden uitgekeken en uitgeweken naar alternatieve energiebronnen, zoals de zon, het water of de wind. Deze bronnen zijn enerzijds ruim en goedkoop voorhanden en kunnen technisch steeds beter worden ingezet. Een drempel vormen vaak de investeringskosten, waardoor het zonder subsidies of fiscale voordelen voor bedrijven vooralsnog vaak nog niet rendabel te maken is.
In toenemende mate wordt gekeken naar het inzetten van de agrarische bijproducten of afvalstoffen (mest) voor de levering van energie. Ook het inzetten van deze bronnen is een vorm van energietransitie in het kader van (verdere) verduurzaming van de vleesproductie. Zo is sprake van een opkomst van de ‘biobased economy’, met de agrarische (groene) sector als energie producerende bedrijfstak.
Het gebruik van energie draagt ook bij aan de CO2 emissie in de wereld en aan het broeikaseffect; zie daarvoor ons thema duurzaamheid en het thema Carbon Foot Print.
Stand van zaken energiegebruik
In de hele keten is energie nodig voordat een vleesproduct geconsumeerd kan worden en kan dienen als smakelijke en voedzame brandstof voor de mens. De voerproducent heeft energie gestoken in de voerproductie. Daarna komt de veehouder met zijn bedrijfsvoering, de stallen, computers, voerinstallaties, licht, verwarming etc. Na het transport volgt het slachtproces waarbij het koelen van de ruimten en het zo snel mogelijk koelen van het vlees tot onder de 7°C de nodige energie vergt. Vervolgens worden vlees- en vleesproducten getransporteerd naar de detailhandel of supermarkt, waarna de consument het thuis opslaat in de koelkast en in de keuken klaarmaakt voor bereiding.
In het figuur staat de verdeling van het energiegebruik in de vleesketen. Zo blijkt de veehouder aan de lat te staan voor circa 2/3 deel van het verbruik en lijkt de consument goed te zijn voor 28%. Daartussen zit een beperkt deel van transport, slacht en be- en verwerking en de retail (supermarkten).
Waterzuivering
Water is niet alleen een potentiële energiebron, maar wordt ook benut in tal van productieprocessen, met name bij vleesverwerkende bedrijven. Binnen bedrijven zijn waterzuiveringssystemen ingevoerd waarbij gebruikt water geschoond wordt en uiteindelijk beter nog dan oppervlaktewater weer wordt afgevoerd.
Energie efficiency
In vleesverwerkende bedrijven worden vlamovens (op gas) gebruikt voor het ontharen van varkenskarkassen. Tegelijkertijd wordt veel warm water gebruikt voor het vele schoonmaakwerk. Bedrijven hebben of ontwikkelen systemen waarbij warmte die enerzijds gebruikt wordt voor bijvoorbeeld het ontharen, ook wordt benut voor het verwarmen van water voor het schoonmaakwerk zodat de warmwaterketels volledig kunnen worden afgeschakeld.
Dit soort efficiënt gebruik (terugwinning) van warmte leidt tot forse reducties in het totale energiegebruik van productielocaties.
Biovergisting
De (primaire) sector werkt aan de gewenste energietransitie en zoekt praktische oplossingen. Steeds meer veehouders zetten biovergisters in. Met deze technieken kan dierlijke mest eenvoudig worden omgezet in energie, zodat een energieneutrale bedrijfsvoering ontstaat en zelfs energie verkocht kan worden. Verwerkende bedrijven (slachterijen) onderzoeken de mogelijkheden van vergisting van dierlijke restproducten. Inmiddels zijn er installaties die enkele duizenden huishoudens op deze manier van stroom voorzien. De prognoses zijn dat dit aantal nog flink kan verveelvoudigen.
Zonnepanelen
Varkenshouders willen wel investeren in alternatieve energie; ruim 17,5% wil dit binnen twee jaar realiseren Dat blijkt uit een enquête (AgriDirect, 2010) waarbij varkenshouders gevraagd is naar toekomst- en investeringsplannen rond energievraagstukken. De animo ligt bij de zeugenbedrijven (18,3%) iets hoger dan bij de vleesvarkenhouders (16,8%). Varkenshouders denken vooral aan het (laten) aanbrengen van zonnepanelen. Kleinere percentages van bijna 2,5% wil graag investeren in biogasinstallaties en ruim 1,5% in windmolens.
Ook binnen de melkvee- en rundveehouderij bestaan projecten voor de klimaat neutrale stal. Zo is er een routekaart om in 2020 tot zo’n stal te kunnen komen. Ook de kalversector werkt met biogasinstallaties, zonnepanelen en alternatieve warmtebronnen.
Dierlijk vet
Producenten van dierlijk vet zetten een deel van hun productie in voor het produceren van stroom. Zo kunnen zij deels voorzien in hun eigen energiebehoefte. Investeringen in dit soort van innovatieve toepassingen kan leiden tot besparingen op fossiele brandstoffen zoals olie en gas. Bovendien draagt het bij aan een verlaging van de emissies van de bedrijven omdat dierlijke vetten CO2-neutraal zijn. Dierlijk vet is een goede grondstof voor biodiesel, en kan helpen bij het verder verminderen van de uitstoot van broeikasgassen. De natuurlijke variatie in dierlijk vet is wel complicerend, omdat het eindproduct biodiesel van constante samenstelling en kwaliteit moet zijn.
Koelen
Het slachten, be- en verwerken en verpakken van vlees behelst een klein aandeel van het totale energiegebruik. Binnen dit aandeel gaat twee derde naar het koelen van productieruimten om de (kern)temperatuur van het vlees onder de 7°C te krijgen (voedselveiligheid).
Verhitten
De trend bij (vlees)consumenten naar steeds meer gemaksvoeding zet door, zoals voorgegaarde kant- en klare producten, ‘a la minute’ producten als ook aan snacks en maaltijdcomponenten. Als de consument minder tijd (en energie) wil besteden, vergt dat meer voorbereiding in het leveren van deze (voorgegaarde) producten. Omdat bedrijfsmatige processen vaak efficiënter zijn dan huishoudelijke wordt de energiedruk per saldo verbeterd.
MJA3
De vleessector is energiebewust, wil het eigen gebruik verder verminderen en tevens het aandeel duurzame energie verder verhogen.
Zo is in 2005 is met de overheid de Meerjarenafspraak energie-efficiency (MJA3) getekend. Doel is een gemiddelde jaarlijkse efficiencyverbetering van 2%, met als doel 30% efficiencyverbetering in 2020. Bijna 70 vleesbedrijven doen mee en hebben (tot 2009) 11,4% aan besparingen gerealiseerd (figuur). Energiebesparende maatregelen hebben in genoemde periode al geleid tot een besparing van 656Terra Joule (TJ): het jaarlijks energiegebruik van ca. 6.800 Nederlandse huishoudens. Ook de inkoop van groene stroom is fors toegenomen.
Routekaart
Het bedrijfsleven in de Nederlandse vleessector heeft onderzoek (2010) uitgevoerd naar de kansen om met minder energie te kunnen volstaan. Daaruit bleek dat een reductie van 30% tot 50% in 2030 tot de mogelijkheden hoort. Daarnaast is een stijging mogelijk in het aandeel duurzame energie.
Om dit te helpen realiseren, heeft de vleessector een ‘routekaart voor de vleesindustrie’ gemaakt. Vanuit vijf deelgebieden ‘koelen’, ’conserveren’, ‘nevenproduct’, ‘keteninnovatie’ en ‘energie efficiënte productie’ brengen deskundigen de nieuwste ontwikkelingen en technieken in kaart. Daaruit is een actieplan gemaakt met (mogelijk) toepasbare technologieën.
Links:
RVO rapportage: tien jaar energietransitie in de land- en tuinbouw
De lekkerste recepten, winacties en meer ontvangen?
Schrijf je direct in: