Zolang varkenshouders alleen maar meer van hetzelfde te bieden hebben en geen onderscheidend product (of beleving) weten te realiseren en ook weten te vermarkten, zullen zij niet uit de economische malaise komen. Volgens analist Dick Veerman (Foodlog) is dat de wet van het huidige overaanbod aan (anonieme) producten en dus de werking van de markt.
Marktwerking betekent in de uitleg van Veerman, dat boeren net als autofabrikanten niet meer auto’s (van hetzelfde model) moeten gaan maken en aanbieden dan er verkocht kunnen worden. Boeren zijn volgens Veerman daarvan nog te weinig doordrongen en blijven door produceren en aanbieden, terwijl er al teveel is.
Veerman stelt verder, dat er een verschil is tussen een auto en een karbonaadje, met name waar het gaat om de beleving. Als je iemand hoort zeggen ‘ik ga een auto kopen’ dan vraag je ‘wat voor een?’
Als iemand je vraagt ‘wil je karbonade voor me kopen?’, dan stelt niemand verder een vraag, maar neemt dit gewoon mee. Er is immers geen wezenlijk onderscheid tussen de kwaliteit en de beleving van de ene of de andere karbonade (of de aanbieder daarvan, red.)’.
Zolang de veehouders niet weten hoe ze nieuwe modellen moeten maken, willen ze volgens Veerman vooral doorgaan op de oude voet. Waar het momenteel gaat om hulp van de overheid kijken de ondernemers met name naar het terugdraaien van overheidsmaatregelen die de kosten voor de productie in Nederland meer hebben opgevoerd dan in andere EU landen en naar ondersteuning van de export (buiten de EU).
Bron: Foodlog, de boerencrisis voor dummies’