Bakkerellen? Ja, we kunnen ons voorstellen dat je die term niet kent. Bakkerellen is een beetje retro. Het dook op in de jaren tachtig en werd populair omdat het zo’n slanke, magere manier van bakken is. En dat is eigenlijk nog steeds actueel! Je wrijft vlees in met olie en bakt het in een open pan op laag vuur. Verder gebruik je geen vet.
Zo bakkerel je vlees
- Haal het vlees een half uurtje van tevoren uit de koelkast.
- Dep het vlees droog met keukenpapier en wrijf het in met olijfolie, peper en/of kruiden.
- Laat het vlees een half uurtje afgedekt buiten de koelkast op temperatuur komen.
- Verwarm een koekenpan met antiaanbaklaag voor op een hoog vuur. Zet daarna het vuur lager.
- Leg het vlees voorzichtig in de pan. De pan is op temperatuur als het vlees zachtjes sist.
- Bak het vlees terwijl je het over de bodem schuift met een spatel of vleestang (gebruik geen (vlees)vork) en keer het geregeld om.
- Het vlees gaart zachtjes tijdens het bakken en kleurt mooi lichtbruin.
- Haal het vlees uit de pan, bestrooi het met wat zout en laat het even rusten.
Bakkerel tijden per lapje vlees van 100 gram:
- Varkensvlees, kalfsvlees en lamsvlees: ± 4 minuten.
- Rundvlees, zoals biefstuk van de haas, kogel- en Hollandse biefstuk: ± 2-3 minuten.
Bekijk ook onze recepten voor varkensentrecote met kastanjechampignons en tournedos met wijnsaus!
Bekijk onze vleesrecepten voor bakkerellen.