Het verder verbeteren van het dierenwelzijn en het verlagen van de CO2-voetafdruk zijn met elkaar in conflict. Dat zei oud-bestuursvoorzitter Dijkhuizen van de WUR bij de opening van de grote internationale vakbeurs VIV Europe in Utrecht.
Het stimuleren van een zo hoog mogelijke productie op de beschikbare landbouwgrond is volgens Dijkhuizen de enige manier om de wereld te kunnen voorzien van voldoende voedsel. Bij een hoge productiviteit (zoals in Nederland) daalt immers de zogeheten CO2-voetprint per eenheid product.
Dijkhuizen weet dat de inzichten over de milieudruk lastig sporen met de eisen die de westerse samenleving stelt aan de dierlijke productie als het gaat om het dierenwelzijn. ‘Maar feit is, dat meer ruimte per dier en een langzamere groei een hogere milieudruk geven.’
De meeste bruikbare landbouwgrond in de wereld is al in productie. Het ontginnen van nieuwe gronden zal volgens Dijkhuizen onvoldoende bijdragen aan de (stevig) groeiende vraag naar voedsel in de wereld. Dan kan alleen door de productiviteit van de bestaande landbouwgronden te verbeteren.
Dijkhuizen is inmiddels betrokken bij het Topsectorbeleid (onderdeel Agri & Food) van de Nederlandse overheid en is bij de WUR opgevolgd door hoogleraar Louise Fresco.
Vlees.nl
Algemene achtergrondinformatie lees je in ons themadossier duurzaamheid.