bron: Pig Business, door Reinout Burgers
Uit een nieuwe studie van FAO (Wereldvoedselorganisatie), gepubliceerd in Global Food Security, blijkt dat landbouwhuisdieren, die grazen (runderen) of voor de mens niet eetbare bijproducten gevoerd krijgen (varkens), een directe bijdrage aan de wereldwijde voedselvoorziening leveren. Ze produceren waardevolle voedingsstoffen voor mensen, zoals eiwitten. Zo meldt het vakblad Pig Business.
De FAO ziet dat de dierproductie in zijn vele vormen een integrale rol in het voedselsysteem speelt. Veehouderij maakt gebruik van marginale landen (= armere gronden), verandert restproducten in eetbaar voedsel (= duurzame, circulaire economie), draagt bij aan de productiviteit van gewassen (met de mest) en zet gewassen om in zeer voedzaam eiwitrijk voedsel.
9,8 miljard mensen
In 2050 telt de wereld 9,6 miljard mensen, waarvan 70% in steden met een gemiddeld inkomen van bijna tweemaal zo hoog als vandaag. Zo zal de wereldwijde vraag naar dierlijke producten blijven groeien en een cruciale rol spelen in de wereldwijde voedselvoorziening.
Maar dieren gebruiken een groot deel van de landbouwgrond en worden vaak beschouwd als niet duurzaam. De kritiek richt zich op het lage rendement van dieren om biomassa in menselijk eetbaar eiwit om te zetten en de concurrentie voor het gebruik van granen als veevoer versus menselijk voedsel.
Genuanceerder beeld
Het FAO-rapport concludeert echter dat de werkelijkheid een genuanceerder beeld geeft en dat de burger voortdurend blootgesteld wordt aan onjuiste informatie over landbouwhuisdieren, het milieu en veevoeders.
Dierlijke voedingsbronnen leveren volgens de FAO een vitale bijdrage aan de wereldwijde voeding en vormen een uitstekende bron van macro- en micro-nutriënten. Vlees vormt 18 procent van de wereldwijde calorieën, 25 procent van het wereldwijde eiwitverbruik en levert essentiële microvoedingsstoffen, zoals vitamine B12, ijzer en calcium.
Dieren gebruikt grote weiden, waar niets anders kan worden geteeld. Ze voegen ook toe aan de landbouwproductie door middel van mestproductie en maatregelen tegen droogte. Voorts biedt het houden van vee een veilige bron van inkomsten voor meer dan 500 miljoen arme mensen in veel landelijke gebieden.
Milieubelasting
Uit deze studie wordt vastgesteld dat 86 procent van het veevoer niet geschikt is voor menselijke consumptie. Als de dieren de gewasresten en bijproducten niet zouden eten zou dit snel tot een grotere milieubelasting leiden, aangezien de menselijke bevolking groeit en meer en meer verwerkt voedsel verwerkt.
Dieren consumeren ook voedsel dat mogelijk door mensen kan worden gegeten. Graan vertegenwoordigt 13 procent van de totale drogestof inname van veehouderijen. Sommige eerdere studies stellen dat er voor 1 kg rundvlees tussen 6 kg en 20 kg graan/sojaproducten nodig is. In tegenstelling tot deze hoge schattingen bleek uit de FAO studie dat er gemiddeld 3 kg granen nodig zijn om 1 kg vlees op wereldniveau te produceren. (!)
77% weilanden
Er bestaan daarnaast ook belangrijke verschillen tussen productiesystemen en soorten. Zo hebben graasdieren slechts 0,6 kg voor humane consumptie geschikt eiwit nodig om 1 kg eiwit in melk en vlees te produceren. Deze producten hebben echter een hogere voedingswaarde. Landbouwhuisdieren dragen dus bij tot de wereldwijde voedselvoorziening.
De studie heeft ook het type land onderzocht dat wordt gebruikt om veevoer te produceren. Uit de resultaten blijkt dat uit de 2,5 miljard ha nodig is, waarvan 77% weilanden, met een groot deel van weiden dat niet kon worden omgezet in akkerbouwlanden en kan alleen worden gebruikt voor weidende dieren.
Betere teelt en voederconversie
De veehouderijproductie groeit snel, omdat de vraag naar dierlijke producten stijgt, met name in ontwikkelingslanden. FAO schat dat we in 2050 zo’n 70% meer dierlijke producten nodig hebben om de wereld te voeden. Het totaalareaal, dat nodig is voor de productie van dierlijk eiwit, zal daarom in de toekomst toenemen als de opbrengst van landerijen en voederconversie niet verbeteren.
Er zijn al stappen ondernomen met teeltverbeteringen, diervoeders, genetische selectie en betere veterinaire diensten om dit te realiseren. Een efficiënter voederconversie zal ook de milieuvoetafdruk van landbouwhuisdieren verder verminderen, maar de FAO stelt wel dat verdere vooruitgang nodig is om het systeem duurzamer te maken. Daarnaast is het essentieel om de recycling van voedselafval en bijproducten in veevoer te verbeteren en om de opbrengsten van voedingsgewassen te verhogen.
Bron: Pig Business
Reactie Vlees.nl
Zie voor achtergrondinformatie ook onze thema’s:
Duurzaam Vee & Vlees
Footprint Water
Grondstoffen