Het terugbrengen van het aantal dieren per transport levert weinig welzijnswinst op. Volgens onderzoek (WUR) zijn de dieren vooral gebaat bij goede klimaatbeheersing in de wagens, met name tijdens (verplichte) pauzes.
De onderzoeker volgde het welzijn van varkens tijdens een transport van acht uur van de Deense grens tot Berlijn. Tijdens deze 550 kilometer keek hij naar de lichaamstemperatuur, de hartslag, de bloedwaarden en het gedrag.
De helft van de varkens werd vervoerd bij een (vollere) bezetting van 235 kilo per vierkante meter (EU norm), de andere helft bij een (lichtere) bezetting van 179 kilo per m2.
De ruimer behuisde varkens bleken een iets lagere lichaamstemperatuur te hebben. Een ander verschil is dat de varkens met meer ruimte eerder gingen liggen. Dat was na drie uur. Bij een hoge belading gebeurt dit doorgaans pas na vier uur, als de vrachtwagen stilstaat tijdens de pauze.
Het belangrijkste issue betrof beide groepen varkens. Tijdens de pauze bevinden de varkens zich op de parkeerplaats in de wagen, zonder mechanische ventilatie. De temperatuur in de laadruimte en de hartslag van de varkens gaan snel omhoog, ook als de dieren liggen. Voor die situatie denkt de onderzoeker dat veewagens uitgerust moeten zijn met goede systemen voor klimaatbeheersing.
De WUR voerde het onderzoek uit voor het ministerie van Economische Zaken; de bevindingen worden gepubliceerd in het wetenschappelijk blad Animal.
Vlees.nl
Algemene achtergrondinformatie over het onderwerp leest u in ons themadossier Transport.