Kalium lijkt het risico op een te hoge bloeddruk en op chronische nierschade te verlagen. Dat concludeert gezondheidswetenschapper Lyanne Kieneker in haar onderzoek, waarop ze aan de Rijksuniversiteit Groningen promoveert. De onderzoekster toont verder aan, dat een lage inname van natrium (= minder zout) de kans op een beroerte juist kan vergroten.
Een hogere kaliuminname lijkt veelbelovend bij voorkomen van een te hoge bloeddruk en ook van chronische nierschade. Onderzoek onder ruim 5.000 Groningers gaf geen direct bewijs dat een hogere kaliuminname ook beschermt tegen hart- en vaatziekten zoals een beroerte. Wel vond ze bij niertransplantatiepatiënten dat een hoge kaliuminname de kans verkleint op het falen van het transplantaat en het voortijdig overlijden na de transplantatie.
Eerdere onderzoeken laten zien dat een hogere kaliuminname en een lagere natriuminname preventief kunnen werken. Het bewijs hiervoor is volgens Kieneker niet heel hard, omdat onnauwkeurige meetmethodes worden gebruikt zoals het uitgaan van bepaalde voedingsinnames zonder deze feitelijk te meten. Zelf gebruikte ze urineverzamelingen wat nauwkeuriger is.
Kalium zit vooral in zuivel en vlees (samen 30% van de inname), maar ook in groente, fruit, aardappelen, vis, noten en brood. Samen met natrium en chloride regelt kalium de vochtbalans en bloeddruk in het lichaam. Kalium is verder nodig voor het samentrekken van de spieren en de geleiding van zenuwprikkels.
Bron: Rijksuniversiteit Groningen
Vlees.nl
Vlees bevat veel belangrijke bouwstoffen, zoals kalium; zie onze pagina hierover.