Mijn verjaardag vier ik ieder jaar. Ik nodig al mijn vrienden en familie uit en ook de buren komen langs voor een hapje en een drankje. De afgelopen keer zal ik niet snel vergeten. Mijn goede vriend Peter, gezondheidsfreak, en mijn buurman Willem, hadden een hevige discussie.
Peter vertelde uitgebreid over zijn leefstijl. Iedere dag vroeg op, veel bewegen en zo gezond mogelijk eten, met vooral veel groente en fruit. Zo krijg ik alle vitamines die ik op een dag nodig hebben binnen, vertelt hij trots.
Willem werkt in de bouw, dus bewegen doet hij meer dan voldoende. En als het om eten gaat is hij is wars van al dat ‘groene gedoe’, zoals hij dat zelf noemt. Al die mensen die maar zo overdreven gezond eten. Hij geeft er flink op af. Er gaat niets boven de Hollandse pot, met een goed stuk vlees.
Ik hoorde het een tijdje aan, en omdat ik van mezelf vind dat ik er een beetje verstand van heb, besluit ik me er even tegenaan te bemoeien. Heren, zeg ik poeslief maar beslist, ik denk dat jullie allebei gelijk hebben! Ik leg uit dat in groente en graanproducten veel vitamines zitten. Maar, dat er 13 verschillende vitamines zijn en je ze niet allemaal uit een sinaasappel kunt halen!
En, let op Peter, in vlees zitten óók veel vitamines. Varkensvlees is bijvoorbeeld rijk aan vitamine B1, een vitamine die belangrijk is voor ons zenuwstelsel en zorgt dat we voldoende energie hebben. En wat dacht je van vitamine B6 en B12, vitamines die in bijvoorbeeld rundvlees voorkomen. Echte weerstandsvitamines, die onze weerstand mede op peil houden en zo zorgen dat we niet ziek worden. Peter gaf trouwens toe dat hij dol is op een stukje vlees. Dus hij was blij dat dit prima past in zijn gezonde leefstijl.
Het gaat er gewoon om dat je gezond eet en zo alle vitamines binnen krijgt. Peter is daar de hele dag mee bezig. Willem niet. Maar misschien hoeft het ook niet echt. Anneke, de vrouw van Willem, mengde zich ook in de discussie: ‘Willem, heb je al verteld dat stamppot rauwe andijvie met kaas een van je favorieten is? Daar doe ik tegenwoordig geen spekjes meer door, vind je ook héérlijk.’ Kijk, zo doen ze het op hun eigen manier allebei best goed. Het Voedingscentrum kan trots op ze zijn.
Het leuke was dat Peter Willem overtuigde om eens te ontbijten met muesli en fruit. Dat doet hij nu iedere dag. En zag ik hem nou een worteltje pakken van de schaal met hapjes? Of waren het de pittige gehaktballetjes er vlak naast?